De 65-jarige Kees van Schaik werd maandagmiddag rond 17.30 uur dood in zijn woning aangetroffen.
De politie trof in zijn woning een wietkwekerij met 120 planten aan, waarmee het motief al contouren kreeg.
Agenten waren de woning binnengetreden na een melding van de buren bij wie Van Schaik elke dag koffie dronk - maar niet die maandagochtend.
Van Schaik was de dag ervoor om 17.00 uur voor het laatst levend gezien. Die zondagavond om 23.30 uur hoorden buren luide stemmen vanuit zijn huis.
Vervolgens zagen ze een aantal mannen de woning verlaten.
In grote haast.
Via Opsporing Verzocht vroeg de politie om informatie.
Zo zou die zondagavond een zwarte stationwagen voor de deur hebben gestaan met een kale man erin. De kentekenplaten waren wit, de letters zwart of blauw.
Eén van de koplampen brandde feller dan de andere.
Uiteindelijk hield de vier Bulgaren aan, onder wie een vrouw. Ze behoorden tot een bende (Bulgaren) die zich in Nederland en in België bezighield met drugshandel en ripdeals.
Op 13 december 2017 vond een pro forma-zitting plaats, en wat kon worden verwacht gebeurde: de vier Bulgaren wezen naar elkaar. Hennep stelen, akkoord. Maar moorden? Nee, dat ging ze alle vier te ver.
Het Openbaar Ministerie eiste daarom tegen alle vier vijftien jaar cel.
De rechtbank was het daar niet mee eens en gaf drie van hen zeventien jaar, twee jaar meer dus.
De vrouw kreeg twaalf jaar.
Alle vier gingen in hoger beroep. Drie van hen trokken dat weer in, maar een van de mannen die 17 jaar had gekregen hield vol.
De rechtbank beloonde die volhardendheid in maart 2023 met 1 jaar extra: 18 jaar.
Voor gekwalificeerde doodslag.
De straf was hoger omdat de man een leidende rol had, zijn houding tijdens het proces het hof niet beviel en hij een recidivist was.
Appelleren is riskeren, zoals het juridische spreekwoord luidt.