De 30-jarige Antilliaan Orcino Alberto zat als bijrijder in een stilstaande grijze Opel Astra toen hij even na 22.00 uur door een man gekleed in het zwart onder vuur werd genomen.
Hij werd nog gereanimeerd, maar overleed ter plaatse.
Het slachtoffer was overigens geen familie van Dairon Julius Alberto, die in 2018 werd doodgeschoten.
Hij werd wel op Curaçao geboren.
Een getuige hoorde zes tot acht schoten, een andere zag de schutter te voet vluchtten.
De politie pakte de 33-jarige Rotterdammer op die als bestuurder bij Alberto in de auto zat. Maar hij werd twee dagen na de moord weer vrijgelaten en was ook niet langer verdachte.
Later pakte de politie een 32-jarige man op die in een hotel in Delft verbleef: Sybran B. (32). Hij was de eigenaar van de tabakswinkel en supermarkt waarvoor de auto van het slachtoffer geparkeerd stond.
Sysho heette die avondwinkel, gevestigd tussen een naaiatelier, bakkerij Al Fath en een seksshop.
Volgens De Telegraaf ging in het criminele milieu het gerucht dat Alberto betrokken zou zijn bij de diefstal van een partij drugs, maar met drugs had deze zaak weinig te maken.
Wel iets met een vrouw, de vriendin van B. Alberto had met haar geflirt, althans: haar een vriendschapsverzoek gestuurd.
Maar B. stelde dat Alberto bij een vorig bezoek aan de avondwinkel zou hebben gezegd: de volgende keer schiet ik je dood. En die volgende keer was nu dus. Daarom was hij bewapend.
Alleen schoot Alberto niet.
Wel zag B. hem een vuurwapen doorladen - maar de vraag is of hij dat werkelijk zag of alleen maar dacht te zien. Of dat hij helemaal niets had gezien maar toch moest verklaren waarom hij veertien kogels op Alberto afvuurde.
In ieder geval werd in de wagen geen vuurwapen aangetroffen.
Waarop de advocaat van B. zei: dan moet de later opgepakte maar weer vrijgelaten chauffeur van Alberto dat wapen hebben meegenomen en laten verdwijnen.
Logisch, toch.
Maar het Openbaar Ministerie geloofde daar weinig van en eiste 18 jaar.
De rechtbank veroordeelde conform.