René Alexander Bruijn (36) was op dinsdag 28 maart om 10.00 uur uit zijn woning vertrokken en werd drie dagen later doodgeschoten gevonden in de kofferbak van zijn uitgebrande Golf diesel.
Bruijn woonde boven een bordeel. Zijn bordeel:
Hij had een afspraak, die ochtend. Met wie is nooit duidelijk geworden.
In eerste instantie dacht de politie dat Bruijn had geweigerd zijn bordeel te verkopen aan een stel Joegoslaven.
Maar misschien lag het motief in de drugshandel. Mogelijk was Bruijn – al dan niet vrijwillig – betrokken bij de smokkel van xtc door Nederlanders.
Dat suggereerde althans een Britse advocaat met een Duitse cliënt die in Engeland gevangenzat wegens het smokkelen van xtc.
De advocaat verklaarde tegenover Het Parool dat zijn cliënt door een groep criminelen tot die smokkel was gedwongen en dat Bruijn door diezelfde groep was geliquideerd.
'Mijn cliënt en Bruijn waren vrienden in Amsterdam, ze kenden elkaar al lange tijd. Mijn cliënt zal ook beslist niet beweren dat hij een brave burger is. Maar die xtc-smokkel was niet zijn idee.'
Bruijn zou problemen met die bende hebben gehad.
De drugsbende zou de Duitser direct na de liquidatie van Bruijn hebben benaderd. Hem werd toen verteld: we hebben Bruijn geliquideerd en als je niet precies doet wat wij willen liquideren we jou ook.
'En vervolgens is hij met het mes op de keel gedwongen dat partijtje xtc naar Engeland te smokkelen. Maar dat is dus misgelopen.'
Helaas wilde de Duitser niet zeggen wie er allemaal deel uitmaakten van die bende. Ook niet tegenover zijn advocaat. 'Omdat hij heel bang is voor represailles.'
En daar liep het spoor dan ook dood.
