De 91-jarige Riet Smiesing werd 's ochtends gevonden door haar schoonzoon.
Die waarschuwde de huisarts.
Omdat die geen verklaring van natuurlijke dood kon afgeven, werd de politie gewaarschuwd.
Mevrouw Smiesing was de bewoonster van het huis en woonde er alleen.
De politie hield een dag later in Veldhoven een 35-jarige man aan, een familielid van het slachtoffer.
Kleinzoon, naar later bleek.
De Telegraaf wist weer een dag later te meldden dat de verdachte met psychische problemen kampt.
Tijdens een regiezitting ontkende de kleinzoon enige betrokkenheid. Zijn advocaat: ik zie niets in het dossier dat hem aan de moord linkt.
Het slachtoffer bleek veertien keer met een mes te zijn gestoken.
Op haar hals en mond zat dna van de verdachte, maar dat zegt op zich natuurlijk weinig.
En dat hij een psychiatrisch verleden heeft, maakt hem nog niet tot moordenaar.
Aldus zijn advocaat.
Waar hij natuurlijk volkomen gelijk in heeft.
De politie vond echter ook een mes met dna van het slachtoffer op de snijrand en dna van de verdachte op het handvat.
De zaak moet nog inhoudelijk behandeld worden.