De steekpartij vond plaats kort voor 20.30 uur. De 25-jarige Björn Amattarmoedji werd in kritieke toestand naar het ziekenhuis gebracht, waar hij overleed.
De politie hield een 27-jarige verdachte aan: Richenol de W.
Volgens de portier van een coffeeshop in de straat liepen de verdachte en zijn moeder over straat toen ze Amattarmoedji tegenkwamen. De beide mannen kregen onmiddellijk ruzie, wat doet vermoeden dat er al langer onenigheid was.
'Over een relatie die was uitgegaan.'
Maar uit camerabeelden bleek dat de verdachte achterna werd gezeten door een groepje mannen, onder wie het latere slachtoffer. Te zien is dat De W. een stekende beweging maakt.
Volgens zijn advocaat was dat mes niet van haar cliënt. Die had namelijk geen mes bij zich. Dus moet dat mes van een van zijn belagers zijn geweest. Die zou het dan op de grond hebben laten vallen, waarna W. het opraapte - maar alleen om zich te kunnen verdedigen.
Toch werd zijn hechtenis in september 2019 verlengd.
Familie en vrienden van Björn Amattarmoedji zamelden intussen geld in voor zijn begrafenis.
'Björn was een vrolijke en positieve jongen, hardwerkend, een goede zoon, broer, vader en vriend. Hij laat een zoontje van 2, zijn vrouw en familie van wie hij zielsveel hield achter.
Wij willen hem een begrafenis geven die hij verdient en vragen jullie om ons hierbij te helpen. Om zijn afscheid toch zo waardig mogelijk te maken en goed te laten verlopen, is er geld nodig. Omdat Björn helaas geen uitvaartverzekering heeft, vragen we jullie hulp in de vorm van een bijdrage.'
In december 2017 stond Richenol de W. voor de rechter. Hij verklaarde dat de steekpartij het gevolg was van een oorlog op Facebook. 'Mijn vrienden begonnen rare dingen over mijn moeder te schrijven. Ik zou een vriendin en haar kind bedreigd hebben, maar dat heb ik nooit gedaan.'
Daarna volgende twee confrontaties, beide bij MacDonalds, en de derde, fatale confrontatie.
Tijdens de rechtszaak had De W. het mes plots niet langer van straat opgeraapt, maar slechts hooggehouden - en het slachtoffer was er tegenaan gelopen. Met andere woorden: het slachtoffer had zichzelf verwond.
Het Openbaar Ministerie vond evenwel dat De W. de confrontatie (ook) had gezocht en dat hij een stekende beweging had gemaakt. De eis luidde 10 jaar voor doodslag.
Het werd conform.